Wanneer met pensioen?

Nee, voorlopig ga ik nog niet met pensioen. Maar ik word in de herfst 53 en inmiddels hoor ik bij de ‘oude garde’ op het werk. Dat houdt in dat steeds meer van de collega’s waar ik al jaren mee werk het over pensioen hebben en een aantal zelfs al binnen niet al te lange tijd met pensioen gaan. Bijna allemaal, zowel de mannen als de vrouwen, werken al deeltijd en zijn op een of andere manier aan het afbouwen. Ik weet niet of dit in alle beroepen zo gaat, maar in het onderwijs zie ik bijna geen mensen boven de 60 die nog een voltijd aanstelling hebben. Het is natuurlijk een luxe wanneer je minder kan gaan werken en toch in je levensonderhoud kan voorzien, dat is niet voor iedereen weggelegd.

Ik heb begrepen dat er vroeger allerlei regelingen voor oudere werknemers waren waardoor het financieel aantrekkelijk was om af te bouwen. Het schijnt dat er van die regelingen niet zoveel meer over is. Ik heb nog niet exacte bepaald wanneer ik wil stoppen met werken en waarschijnlijk zijn er dan weer andere regelingen dan nu. Ik kan daar dus nu nog geen rekening mee houden.  De AOW leeftijd voor iemand van mijn leeftijd is bijna 68 jaar. Dat is best nog een lange periode en ik weet natuurlijk niet wat er in de tussenliggende jaren nog allemaal op mijn pad komt op het werk, en in mijn privéleven.

 

Mijn werk is leuk. Ik heb er plezier in en alhoewel het soms zwaar is, is het geen werk waarbij je lichamelijk uitgeput raakt. Ik vind dat ik voldoende vakantie heb, ik heb een prettige werkruimte, regelmatig pauzes en fijne collega’s. Ik  heb een behoorlijke mate van vrijheid om mijn dagen, naast het vaste rooster, naar eigen inzicht in te richten met de extra taken die ik heb. Voor sommige van deze taken kom ik ook bij andere scholen en bedrijven en leer en zie ik nieuwe dingen.

 

Toch heb ik besloten om over niet al te lange tijd – ergens in het komende schooljaar – minder te gaan werken. Geen dag minder, maar per dag een uur minder. Op deze manier kan ik meer tijd besteden aan andere dingen die ik ook leuk of belangrijk vind. Dit betekent salaris inleveren en lange tijd was ik hier bang voor. Inmiddels weet ik dat ik van minder dan mijn huidige salaris kan rondkomen en ook is het mogelijk om nog verder te bezuinigen indien nodig (maar ik verwacht niet dat dat nodig is).

minder werken  = meer tijd voor andere dingen

 

Ook zou ik best wel willen afbouwen richting mijn AOW-leeftijd. Niets doen is geen optie, daar heb ik ook geen behoefte aan. Maar minder werken voor een werkgever en meer vrijheid om eigen tijd en bezigheden te plannen lijkt me heerlijk. Misschien een beetje bijklussen van tijd tot tijd lijkt me ook leuk.

 

Minder werken heeft natuurlijk wel een impact op mijn pensioen. Op mijn pensioenoverzicht kan ik zien dat de uitkering die ik na mijn pensioen ontvang niet heel hoog is in vergelijking met wat ik nu verdien. Dat komt omdat ik vrij laat begonnen ben met pensioenopbouw. Omdat ik ook een aantal jaren in het buitenland heb gewoond heb ik ook een AOW-gat. Dit is waarom ik heb besloten om zelf ook geld bijeen te sparen voor later. In eerste instantie via een ‘gewone’ spaarrekening waarbij ik het geld voor langere tijd vaststaat. Daarnaast ben ik gaan beleggen om een pensioenpotje op te bouwen. En deze week heb ik ook een spaarrekening geopend die een pensioenspaarproduct aanbiedt. Er zijn een aantal spelregels bij zo’n spaarproduct. Zo is er bijvoorbeeld een maximale inleg en zijn er voorwaarden aan hoe en wanneer je je geld opneemt. Voordeel van deze rekening is het belastingvoordeel aan het eind van de rit.

 

Ik leeft natuurlijk nu en zorg er nu ook voor dat ik een fijn leven heb. Maar ik houd er wel rekening mee dat ik, wanneer ik eerder stop met werken,  ik een aanvulling heb om dan niet op een houtje te hoeven bijten!

Dit artikel verscheen eerder, in iets andere versie,  als gastblog op Zuinigeman.nl